Tijdens het aperitiefconcert Woord proberen vier studenten aan te meren. Aan de kade turen ze naar de ochtend die in de mist verloren ging, de dag die gesluierd blijft en de nacht die onvermijdelijk op hen afkomt. Ze kijken, turen, staren naar de haven. Naar het laden en lossen, naar arbeid en naar de meeuwen. Terwijl rond hen schepen door het water trekken, over hun hoofden containers worden getild en in de verte het vuile water slost en sjokt, peinzen zij. Ze hopen dat er op hen wordt gewacht. Ze hopen op de aankomst van een ander.
Het viertal laat zich inspireren door de Antwerpse haven. Als kapstok (her)lazen ze teksten van o.a. Ivo Michiels en Willem Elsschot en Maud Vanhauwaert. Ze vragen zich af welke invloed de haven op de stad heeft, proberen elkaar te verstaan door de wirwar van talen die de zee met zich meebrengt, reflecteren op de implicaties van import en export en gaan op zoek naar de liefde tussen de containers. Ze deinen mee op klanken van muziek en spreken over vertrekken en thuiskomen, over eenzaamheid, over de stad en het water.
Van en met Winter De Cock, Quinten Ornelis, Xander Kindt, Sid Djamel Besseghir.
Dit concert wordt georganiseerd door Bolster vzw.
foto: Jurgen Delnaet