'Blanton the (r)evolutionary': een contextualisering van het Jazz Bass-spel van Jimmie Blanton | AP School Of Arts Overslaan en naar de inhoud gaan
  • Home
  • Onderzoek
  • 'Blanton the (r)evolutionary': een contextualisering van het Jazz Bass-spel van Jimmie Blanton

'Blanton the (r)evolutionary': een contextualisering van het Jazz Bass-spel van Jimmie Blanton

Dit onderzoeksproject is een diepgaande studie van het leven, de muziek, en de muzikale nalatenschap van jazzcontrabassist James ‘Jimmie’ Blanton, Jr. (1918–1942). Blanton, die het best bekend is voor zijn periode bij Duke Ellington and His Orchestra tussen 1939 en 1941, wordt algemeen beschouwd als een van de sleutelfiguren in de ontwikkeling van het contrabasspel in jazz. Vanaf 1946 ontstond er een iconisch narratief rondom zijn persoon waarin hij uitgroeide tot een artistieke held in het pantheon van de jazzgeschiedenis. Doordat dergelijke iconen in de meeste literatuur op een veralgemenende, onkritische manier worden behandeld, ontstond er een gebrekkig en gelimiteerd begrip over Blanton. Eerdere studies focusten voornamelijk op diens opgenomen solo’s uit 1940, en maakten zelden de vergelijking met het werk van collega-bassisten. Dit onderzoek is het eerste dat Blanton’s complete opgenomen oeuvre uit diens vijfjarige loopbaan beschouwt, inclusief een groot aantal radio-uitzendingen en live versies. Daarenboven wordt er aandacht besteed aan zijn begeleidingen, en wordt zijn werk in context geplaatst met dat van zijn tijdgenoten.

Door een combinatie van biografie en muzikale analyses herevalueer ik het belang van deze bassist in de jazzgeschiedenis, en nuanceer zijn iconische status. Hiervoor hanteer ik een interdisciplinaire methodologie, gebruik makend van diverse methodes zoals archiefonderzoek, receptiestudie, muziekanalyse, visuele analyse, en historisch geïnformeerde uitvoeringspraktijk. Zo biedt dit project nieuwe inzichten in de historische ontwikkeling van het contrabasspel in jazz tot de jaren veertig, in de sociale en muzikale milieus waartoe Blanton behoorde, en in Ellington’s rol in Blanton’s evolutie als musicus. Daarenboven besteed ik aandacht aan een aantal technische aspecten, in het bijzonder zijn speelhouding en de impact van opnametechnologie op zijn receptie.

In het algemeen argumenteer ik dat Blanton een transformatieve rol heeft gespeeld in de ontwikkeling van het contrabasspel in jazz, maar dat hij ook dient te worden beschouwd als deel van een continuüm van bassisten die elk op hun eigen manier bijdroegen aan deze evolutie. Daar waar Blanton’s aanpak aan de basis lag van hoe de meeste toekomstige bassisten soleerden en begeleiden, steunde hijzelf deels op de fundamenten gelegd door andere bassisten zoals Wellman Braud en Walter Page, zijn eigen muzikale invloeden zoals tenorsaxofonist Coleman Hawkins en pianist Art Tatum, en Ellington’s eerdere experimenten met het componeren voor de bas.

Promotoren: Alexander Dhoest & Eugeen Schreurs

ONDERZOEKER(S)