Vlaanderen en bij uitbreiding de Lage Landen waren tussen ca. 1400 en 1550 toonaangevend in de ontwikkeling van de westerse meerstemmigheid. De muziek en het muziekleven aan de Antwerpse Onze-Lieve-Vrouwekerk (1370-1530), gesitueerd binnen een brede West-Europese context, vormt het inhoudelijke vertrekpunt voor dit nieuwe praktijkgerichte onderzoeksproject. Hiermee willen we een onderbouwende impuls geven en inspanningen leveren om de polyfonie opnieuw aan te bieden aan en te integreren in de conservatoriumopleiding, bij wijze van artistiek project. We willen een connectie tussen verleden en heden, theorie en praktijk, het geschrevene en het geïmproviseerde, onderzoek en onderwijs initiëren of versterken.
We beschouwen polyfonie in een brede betekenis, in alle mogelijke diversiteit, en als een ongebonden gegeven. Deze ruime interpretatie van ‘meerstemmige’ invalshoeken, die we ook verder exploreren, doet het spectrum aan mogelijkheden van polyfone verschijningsvormen exponentieel toenemen. Via een multidisciplinaire benadering introduceren we dit potentieel in verschillende studierichtingen en opleidingsonderdelen van het conservatorium.
Dit project biedt vernieuwingsmogelijkheden binnen het instrument- en compositieonderwijs, maar ook binnen theoretische vakken, improvisatie, en zelfs jazz, dans en drama. We zetten in op experiment (een soort beredeneerde trial and error), waarbij de afgelegde weg (het leerproces) even belangrijk is als het doel (een formeel eindproduct).
(Beeld: ‘Drei Subjecte, polyphon’, Paul Klee, 1931)