Belgische tenor Guy De Mey studeerde zang bij Stella Dalberg, Erna Spoorenberg, Sir Peter Pears en Eric Tappy. Vandaag, kan hij terugblikken op een indrukwekkend parcours met talloze optredens aan tophuizen als La Scala, ROH Covent Garden, Liceu Barcelona, Teatro Real de Madrid, Opéra national de Paris, Frankfurter Oper, Bayerische Staatsoper Munchen, Nationale opera Amsterdam e.a.
In 2006 vierde hij onder Sir J.E. Gardiner zijn debuut aan de Scala als Tichon in Katia Kabanova. Twee jaar maakte hij als Linfea (La Calisto/Cavalli) zijn huisdebuut bij ROH Covent Garden, waar hij ondertussen ook als Guillot de Morfontaine (Manon) aan de zijde van Anna Netrebko en Vittorio Grigolo en onder Antonio Pappano en en als Basilio in Nozze di Figaro opnieuw aantrad. Tijdens de zomer van 2013 vierde hij met Tanzmeister (Ariadne auf Naxos) zijn debuut op het Festival van Glyndebourne. De daaropvolgende seizoenen werkte hij onder meer mee aan twee markante nieuwe producties, waaronder L'Orontea (Cesti) als Aristea aan de Opera van Frankfurt en aan de door Opernwelt meermaals bekroonde La vie parisienne (Offenbach) hier als ongeëvenaarde Frick in regie van de Belgische regisseur Waut Koeken bij ONR Straatsburg.
Zijn indrukwekkende discografie – een vijftigtal opnamen - getuigt van de omvang van zijn repertoire. In de loop van de jaren nam hij voor diverse major labels op en werkte in die context samen met dirigenten als J.E. Gardiner, Ton Koopman, Roger Norrington, Michel Corboz, William Christie, Jordi Savall, Nicholas McGegan, René Jacobs, Marc Minkowski... Diverse opnamen werden met internationale prijzen (Grand Prix du Disque, Deutscher Schallpattenpreis, Caecilia Award, Diapason d’Or) bekroond.
In de loop van zijn carrière verleende hij zijn medewerking aan spraakmakende producties als : Monteverdi’s “Orfeo” en Mozarts “Zauberflöte” o.l.v. Roger Norrington gedurende de Londense Proms en in de English National Opera ; Lully’s “Atys” o.l.v. William Christie aan de operas van Parijs, Firenze en New York; Berg’s “Lulu” en Moessorgsky’s “Boris Godunov” met Teresa Stratas en José Van Dam aan de Brusselse Munt ; Händels “Judas Maccabaeus” met het San Francisco Philharmonia Baroque Orchestra; Bachs “Matthäus Passion” met het Koninkllijk Concertgebouworkest ; Berlioz “L’Enfance du Christ” op het Festival van Aix-en-Provence ; Scarlatti’s “Mitridate” bij de Schwetzinger Festspiele ; Debussy’s “Pelléas & Mélisande” aan de Opera van Nantes; Cavalli’s “Giasone” bij het Spoleto Festival USA in Charleston; Monteverdi’s “Il Combattimento” bij de Nederlandse Opera. Met opera’s van Monteverdi en Cavalli stond Guy de Mey aan de New Israëli Opera in Tel Aviv, de Parijse Opera, de Bayerische Staatsoper München en in Kopenhagen.
Opleidingsonderdeel: Barokrepertoire