De verhouding tussen leven en dood is een problematiek die de kunsten en de filosofie al eeuwenlang bezighoudt. Een eigenschap die nauw verbonden is met het concept van entropie, waarbij wordt verklaard dat “entropy is perceived as the gradual or sudden destruction of inviolate objects...”.
Het doel van dit onderzoek is om een eigentijdse sculpturale weergave van deze problematiek tot stand te brengen. Er wordt een manier gezocht om de sculpturale taal die Athar Jaber ontwikkeld heeft in vorige beelden, voornamelijk lichamen, toe te passen op het hoofd en het gezicht.
Het onderzoek situeert zich binnen de brede context van uiteenlopende theorieën over entropie en menselijke conditie. Op basis van vakliteratuur, collecties, tentoonstellingen, foto’s, film stills en audiofragmenten wordt een visueel archief over vervorming van hoofd en gezicht, veroorzaakt door uiteenlopende omstandigheden, opgesteld.