Dit project focust op dansepistemologie: het benadert dans als de esthetische uitdrukking van een denkend lichaam. Het doel van dit artistiek onderzoek is om na te gaan hoe somatische danspraktijken en technologie elkaar onderling kunnen versterken om nieuwe technieken voor dansimprovisatie te ontwikkelen. Op deze manier wil het onderzoek specificeren hoe dansers beslissingen nemen in een improvisatie en wanneer het eigenlijke moment van compositie plaatsgrijpt.
Somatische praktijken gebruiken improvisatie om de sensitiviteit en het reactievermogen van dansers te trainen. Deze praktijken missen evenwel nog vaak de tools om de moeilijk grijpbare aard van dans als kennisproductie te doorgronden via visualisaties, improvisaties en verbale reflectie. Ook in het dansonderwijs is er behoefte aan specifieke technieken om het lichamelijk denken in dans te ondersteunen. Dit onderzoek zal belichaamde cognitieve processen (die vaak ontastbaar en impliciet zijn) meer concreet maken door “Nervous Systems,” een somatische praktijk van het menselijk zenuwstelsel ontwikkeld door Klaas Devos, te herzien met behulp van elektronische tools.
Door nieuwe software (MAXMSP) te ontwikkelen, kan het project experimenteren met de impliciete kennisproductie van dansers en zo controle krijgen over de principes van geïmproviseerde compositie. De software genereert live bewegingsopdrachten, gemedieerd via oortjes of op monitoren, en traint zo het beslissingsvermogen tijdens improvisatie. Door elektronische choreografie te integreren in somatische praktijken kunnen we dus het cognitiebewustzijn van dansers verdiepen en een kritisch licht werpen op de gangbare principes van somatisch dansonderzoek, waaronder extreme zelf-gerichtheid, zachte en trage dynamieken, en synthese door middel van verhaalvertelling.
Promotoren: Timmy De Laet (UAntwerpen) & Annouk Van Moorsel en Martin Nachbar (Koninklijk Conservatorium Antwerpen)
Foto (detail) door Lore Sannen