Veel kunstenaars en kunstinstellingen lijken volledig uitgeput. Ze rekken hun lichamen tot het uiterste om zich een weg te banen tussen instabiele werkomstandigheden, bezuinigingen en constante concurrentie. Ze zijn te moe om zich voor te stellen dat dit niet hun realiteit zou hoeven te zijn. Deze uitputting leidt er soms toe dat ze tijdelijk afstand nemen van hun werk: ze verlaten hun posities, studies, projecten, dansgezelschappen, theatergroepen, enz. Vaak leidt hun weigering tot het creëren van nieuwe, alternatieve paden: wanneer iemand van het pad afgaat, moet er een nieuw pad worden aangelegd.
Vanuit dit perspectief is terugtrekking geen nederlaag, maar een bevestigende, creatieve strategie om nieuwe, meer herstellende manieren van creëren en onderwijzen voor te stellen. Hoe kunnen we leren van de ervaringen van degenen die besloten dat ze zo niet verder konden? Dit onderzoeksproject houdt zich bezig met het urgente probleem van uitputting, dat niet alleen het kunstveld, maar de samenleving in het algemeen doordringt. Het onderzoekt gevallen van terugtrekking als een vorm van actieve weigering die het potentieel heeft om het veld te transformeren door voorwaarden te creëren om anders te gaan werken.
Specifiek onderzoekt het project hoe terugtrekking barsten creëert in het dominante systeem van kunstproductie. De hoofd hypothese is dat het juist door deze scheuren is dat de mogelijkheid van alternatieve verbeeldingen ontstaat, en waar het politieke potentieel van terugtrekking zich materialiseert. Verhalen van terugtrekking bieden voorwaarden voor het beoefenen van loslaten om ruimte te maken voor het nieuwe dat kan komen. Ze zijn een belofte dat andere, meer regeneratieve manieren van leven en werken mogelijk zijn.
Tim Etchells, 'All the things', Komuna Warszawa, foto (c) Marta Keil
Update: maart 2025